Louis Wybo (en mede-hobbyisten)

Een diorama met een hart voor de landbouwsector

Wat is een diorama?

Wikipedia weet ons het volgende te vertellen. “Een diorama is een vaak  museale, driedimensionale opstelling, waarin een bestaande of mogelijke werkelijkheid wordt getoond”. Eigenlijk moeten we daar zelf aan toevoegen: “op schaal”, want het gaat om miniaturen op schaal 1/32. Bij Desaele-Deloof, een bedrijf dat zich richt op landbouw, hobby en tuin, wordt telkenjare in november-december een diorama-tentoonstelling georganiseerd in een specifieke landbouwevocatie. Als je zaakvoerder Ignace vraagt voor het hoeveelste jaar op rij deze tentoonstelling plaats heeft, krabt hij zich even in de (resterende) haren. Na wat rekenwerk in zijn hoofd en met de start van zijn bedrijf langs de Meensesteenweg in datzelfde achterhoofd, geeft hij mee: dit moet de 25-ste keer zijn.

Louis Wybo is de kleinzoon van Marc Decock en hij moet nonkel zeggen tegen Filiep Decock. En dan hebben we het over het Ledegemse familiebedrijf “Loonwerken Decock” waar landbouwers uit de wijde omgeving geregeld op beroep doen voor o.a. loonsproeien of het rooien van bieten met “hele grote machines” die de individuele landbouwers zelf niet hebben. Louis is amper 16 jaar, nog student, maar is er voor zijn vakantiejobs altijd te vinden. Hij heeft zelfs al zijn tractor-rijbewijs (G) behaald. Ook hij is dus gebeten door de landbouw. Hier is de Leeghemse spreuk: “Onder een perenboom ga je geen appels vinden” zonder twijfel van toepassing is.

Louis is één van de exposanten met een diorama met, uiteraard, de landbouw als centraal thema. Op 5-jarige leeftijd speelde hij al met tractoren en opleggers, de grotere speelgoedexemplaren om zich enkele jaren toe te leggen op het echte werk, de 1/32 schaalmodellen van de grote bestaande broers.

Dit is bijvoorbeeld de “echte” oldtimer Volvo op het bedrijf…

…en dit is die uit zijn diorama-opstelling.

Weer de “echte”…

…en dit is het schaalmodel…

Een passie waar veel tijd in kruipt

Louis past zijn schaalmodellen aan tot ze precies dezelfde zijn als die van het loonwerkenbedrijf. Het gaat om het aanpassen van de kleur, de lichten, de bumpers, kortom zowat alle accessoires die je maar kunt bedenken en daar kruipt wat tijd in, zegt hij. “Er zijn veel nogal wat jonge gasten die dit soort hobby hebben, maar “pimpen” zoals dat heet, doet niet iedereen. Het blijft bij verzamelen”. Op de tentoonstelling is hij niet alleen.

Dannick en Cedric Cappelle uit Rumbeke, Stijn en Christian Van Watermeulen uit Petegem a/d Leie, Victor Deschinkel en Xavier D’Hondt uit Wortegem-Petegem, Andy Wydooghe uit Hooglede en Antoine Van Houtte uit Pottes (Wallonië) delen dezelfde hobby en exposeren er ook. Allemaal hebben ze wel een link met het landbouwleven. Zo studeert de ene voor landbouwingenieur, werkt de andere in een bedrijf van landbouwmachines, is er één een boerenzoon die ook nog eens oude vintagetractoren restaureert en verzamelt. Dat is wat hen verbindt.

Dannnick en Cedric Cappelle doen al voor de 15-de keer mee. Zij specialiseren zich op gebouwen en landschap. Ze maken de loodsen op schaal zelf tot in de kleinste details.

Stijn en Christian Van Waetermeulen verzamelen al sinds de jaren ’80. Zoon Stijn werkt in een bedrijf van landbouwmachines. Het is hun tweede deelname.

Victor Deschinkel (rechts) bij één van zijn zelfgemaakte pronkstukken. Hij volgde landbouwschool en tuinaanleg en zegt dat je moet uitkijken dat de hobby niet uit de hand loopt. Ik ben nu soms al hele weekends bezig met het verzamelen, opstellen en “pimpen”…

De expositie van Antoine Van Houtte uit het Waalse Pottes. Dit is maar een 5 % van mijn verzameling, zegt hij. Hij nodigt iedereen uit op de landbouwminiaturenexposite en beurs van 26 november a.s. in Frasnes-lez-Anuaing (Henegouwen).