Een ouderwetse agenda of een laptop

Een ouderwetse agenda of een laptop
Leestijd: 3 minuten

Dilemma, dilemma…

“Lang geleden dat ik nog eens mijn stamcafé had bezocht”, had ik nog maar net gedacht en zie… Ik moest hard duwen, want de deur van mijn geliefd estaminee knelde nog altijd wat door die aanhoudende, vervloekte nattigheid. Ik zag al snel mijn vriend Tuur aan de toog zitten, dus repte ik me in gestrekte draf zijn richting uit. Toen ik naast hem ging zitten (Babette had mijn Stella al klaar gezet, Tournée Minérale of niet), keek hij ietwat verrast op, maar dat duurde niet al te lang. Gekscherend begon hij: Ah, wie we hier hebben, mijnheer Payconiq!”

Hij was natuurlijk te weten gekomen (niet via legavo.be, want hij heeft geen laptop of smartphone) dat ik in de bibliotheek naar een voordracht over dat betaalsysteem was geweest. Een woordje ter verduidelijking is op zijn plaats. Tuur (die al een gezegende leeftijd heeft, hij doet daar altijd geheimzinnig over, maar ik vermoed dat het rond de 90 moet draaien) is een grote vijand van al wat computer is, spreek nog maar het woord digitaal uit en hij gaat al over zijn nek. Hij zweert nog altijd bij pen en papier!

“Kijk”, zei hij, en hij diepte een boekje uit zijn binnenzak, “dit is mijn computer.” Hij duwde mij een agenda 2024 onder de neus. “Hiermee doe ik alles, afspraken bijhouden, betalingen opschrijven die ik niet mag vergeten en hier, hier zie… en hij wees met een wat gekromde vinger naar een krabbel waarin ik waarachtig mijn naam herkende. “Je moet me nog 3 euro betalen!” Ja, dat was waar, ik had twee weken geleden 5 kg patatten bij hem gekocht, maar ik kon hem niet met Payconiq betalen, want dat heeft hij niet. Sedert ik dat systeem machtig ben, heb ik geen kleingeld meer op zak.

Tuur ging schoolmeesterachtig verder. “Hier vooraan in die agenda zijn een paar bladzijden vrijgehouden om je naam te noteren en dergelijke zaken. En hier kan je schrijven wie je huisarts is”. Ik zag dat er niets was ingevuld. “En hier, hier kan je invullen voor welke dingen je allergisch bent.” Daar stond dan wél weer de naam van onze dorpsdokter ingevuld. Ik geloof nooit dat dat een vergissing was. Tuur is namelijk, bij mijn weten nog nooit naar een dokter geweest (allergisch voor). Nooit ziek geweest, gewoon een brok puur natuur.

“En hier, hier moet ingevuld worden wie gewaarschuwd moet worden bij een ongeval (in case of accident please notify, en cas d’accident prévenir, im notfalle benachrichten, en caso de necesidad avisar, in caso di necessità avvisare). In zes talen!”, en hij glunderde triomfantelijk. Om zeker te zijn. Allemaal belangrijke informatie, dat is waar.

Ik nipte van mijn Stella en luisterde verder. “Als ik een ongeval heb, moeten ze eerst mijn dochters waarschuwen”, zei hij nog. “Dan al de vrouwen die ik heb gekend, de Vrouwen in mijn Leven. Ik wil bij mijn ziek- of doodsbed tranen zien vloeien, waarvan ik de smaak ken. Tranen van geliefde vrouwen. Een perfecte laatste wens.” Toen werd het even stil. Cafébazin Babette, die alles had gehoord, was er lijkbleek van weggetrokken.

Na een diepe adempauze en met de blik op oneindig, even weg van de wereld, ging Tuur weer verder: Als het een heel ernstig ongeval is, mogen ze ook nog wijlen mijn vrouw Trees op de hoogte brengen (hij komt eraan, mevrouw). Nu dronk ik met volle teug van mijn Stella.

Er was ook een vakje “godsdienst” dat ingevuld kon worden, zag ik. Tuur had er “allemaal” bij ingevuld. Ik wees hem daarop…”Natuurlijk,” antwoordde hij, “want ik zal bang zijn op dat moment en er moet toch één godsdienst bestaan die die angst nog even wegneemt?!” Maar dan herpakte hij zich. “Zover zijn we nog niet” en met een knipoog haalde hij nog een tweede exact hetzelfde exemplaar uit zijn binnenzak.

“Hoezo?,” vroeg ik stomverbaasd. “Die ga ik cadeau doen aan Germaine uit WZC Rustenhove,” antwoordde hij een beetje samenzweerderig. “Ik vraag haar al een jaar om een afspraak, maar ze zegt steeds dat haar agenda vol zit.” Goed plan, dacht ik nog.

In diep gemijmer ging ik huiswaarts. Ik had gezien dat er nog een vakje “noodzakelijke medicijnen” moest ingevuld worden. Na wat ik net gehoord had, wist ik wat ik zélf zou invullen: “een aspirientje, maar dan wel héél snel a.u.b.” Het moet treurig zijn om dood te gaan met een beetje hoofdpijn.

Avatar foto

Erik Den Hert

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *