Opgelet voor oplichters! (vervolg)

Opgelet voor oplichters! (vervolg)
Leestijd: 3 minuten

Dit moet iedereen weten!

In het eerste deel eindigden we dit oplichtersverhaal uit onze gemeente met “eind goed, al goed”. Dat was helaas maar al te voorbarig!

Dit is wat er nog volgde. Nadat mevrouw X de brief (met haar bankkaart) in de Y-straat op zaterdag was komen ophalen, leek de kous af. De week daarop werd op dinsdag plots aangebeld op het adres waar die brief de week ervoor was afgeleverd. De vrouw des huizes opende de deur en daar stond een allochtoon die zei dat hij een brief kwam ophalen die verkeerdelijk daar was afgeleverd, maar die eigenlijk voor hem bedoeld was… Hij voegde eraan toe dat het om een “zéér, zéér, zéér belangrijke brief” ging. De bewoonster reageerde heel alert: “Brief? Hoezo brief? Welke brief?”. Ze wist niets af van een dergelijke zending… De man antwoordde dat hij dan maar de volgende dag zou terugkomen. Toen hij wegging, keek mevrouw hem nog even na (in de hoop een auto te zien en de nummerplaat te kunnen noteren). Wat bleek? Hij was met een step gekomen, die even verderop tegen een haag gestald was. Toen zij hem vroeg: “Met een step?”, antwoordde hij: “Ja, ik woon in Ledegem in de Ledegemstraat”. Een Ledegemstraat in Ledegem bestaat niet. Reden genoeg om achterdochtig te zijn. (Je kon er donder op zeggen dat er een auto ergens om het hoekje stond, om met de step en de auto anoniem weg te komen).

Kort daarop kreeg het gezin (van dat adres) een telefoon van de politie van de zone waar mevrouw X woont. De agent daar vertelde dat zo’n bezoek gebruikelijk was en de hackers een adres kiezen op het platteland waar geen straatcamera’s zijn en de kans om gezien te worden bijgevolg relatief klein is. Toen de bewoners duidelijk maakten dat de man in kwestie misschien wel de volgende dag zou terugkomen en een politietussenkomst een kans maakte, volgde een koude douche. “Er kon (natuurlijk) niet gezegd worden welk uur precies dat zou gebeuren. Dus een politiepatrouille voor enkele uren op pad sturen kon budgettair niet”, repliceerde de agent. “Bovendien had in deze zaak niemand (al) schade geleden, was (nog volgens die agent) die man een “kleine garnaal” (en zouden de kopstukken buiten schot blijven). Kortom, het kon niet! De bewoners van het desbetreffende huis liepen (alweer volgens hem) geen gevaar, al kon hij dat niet voor 100% garanderen. Ze stonden er dus alleen voor. Al klopt dat niet helemaal, want zoals in deel 1 al gezegd, in de straat was een Whatsappgroep opgericht met de bedoeling een beetje over de buurt te waken! Die werd alweer aangesproken. De respons was groot! Er zou worden uitgekeken naar iemand die (een tweede) bezoek zou aandurven. Een buur zei zelfs om af en toe eens heen en weer te rijden met de wagen… misschien wel met een nummerplaat als resultaat. Hogergenoemde agent had trouwens gezegd (nadat hij op de hoogte was gesteld van zo’n Whatsappgroep) dat dat een goed idee was en indien er inderdaad een nummerplaat kon genoteerd worden, zij dan (toch) eventueel verder konden…

De dag daarna is niemand nog komen opdagen. Ondertussen zijn we 10 dagen verder. En mogen we er wel van uitgaan dat het verhaal nu helemaal geschreven is.

Wat hebben we nu geleerd (zou Piet Huysentruyt zeggen)? Ten eerste: we kennen nu de “modus operandi” van dergelijke hackersbendes. Als je ooit zo’n brief ontvangt, waarbij het adres wel klopt, maar niet de naam… Het kan een onschuldige vergissing zijn, maar ga daar toch niet direct van uit. De wijkagent van onze gemeente gaf nog mee dat je met zo’n brief naar het politiekantoor kan (beter dan naar het postkantoor voor een terug naar afzender, dat is duidelijk gebleken). Ten tweede: Zo’n Whatsappgroep in de straat of wijk is geen overbodige luxe in tijden als deze. En ten derde: deel dit verhaal met jullie dierbaren, kennissen, kortom met zoveel mogelijk mensen, want “together we are strong”.

Avatar foto

Erik Den Hert

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *